VG17

Er kwam een nieuwe vorm van leven. De man was zich bewust van zijn vaderschap. Het aanzien van de vrouw als brengster van nieuw leven, de natuur als moeder aarde verloor haar waarde en status. Er kwam verschil van behandeling van man en vrouw. De vrouw kreeg een lagere status en werd onderdanig aan de man. Bezit werd als nieuwe status steeds belangrijker. Waarschijnlijk kwamen er volken die ook vrouwen en kinderen als bezit gingen zien. Een man die zijn kinderen als zijn bezit ziet, wil absolute zekerheid hebben over zijn vaderschap. Een dergelijke garantie was alleen mogelijk als de man de seksualiteit van de vrouw bewaakte en haar lichaam als zijn eigendom opeiste.

Maagdelijkheid van de vrouw werd daarom heel belangrijk. Vrouwen kregen onvrijwillig kinderen, wat de natuurlijke band tussen moeder en kind verstoorde. Het had ook invloed op de kinderen en hun kinderen, de samenleving werd gewelddadiger. De vrouw werd bezit van de man en onderdrukt. Om iemand te onderdrukken is geweld nodig. Geweld tegen vrouwen is vaak heel gewoon in een patriarchale samenleving. Mannen mochten meerdere vrouwen hebben en daardoor veel kinderen bezitten. Afstamming ging via de vader. Alleen zoons erfden, dochters werden vaak van bezit uitgesloten.